Compendium J
HERALDISCH COMPENDIUM
Een systematisch overzicht van heraldische termen met sprekende voorbeelden bewerkt en samengesteld door Hans Nagtegaal in 2010.
Bewerkt en beschikbaar gesteld door een samenwerking van het Nederlands Genootschap voor Heraldiek en Heraldry of the World
Dit overzicht bevat meer dan 1500 afbeeldingen en beschrijvingen van heraldische terminologie en is daarom ingedeeld in verschillende files.
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - R - S - T - U - V - W - IJ - Z
Letter J
Jachthoorn: Een signaalinstrument gebruikt tijdens de jacht. Onderscheidt zich van de posthoorn doordat hij altijd een snoer heeft, wat de laatste mist. Dit snoer heeft soms een afwijkende kleur en men spreekt dan van gebonden of gesnoerd. De normale stand van alle hoorns is met de opening rechts en de monding links, anders is hij omgewend. Men noemt ze beslagen, geopend en gemond als de ringen die er om liggen een afwijkende kleur hebben. Hoorn.
Jeruzalemkruis: In goud een verkort krukkenkruis vergezeld in elke hoek van een kruisje, alles zilver. Het breekt dus de heraldische regel dat geen metaal op metaal geplaatst mag worden. Het wordt ook wel kruisvaarderskruis genoemd. In 1099 veroverden de kruisvaarders Jeruzalem en een jaar later werd Boudewijn, de broer van Godfried van Bouillon tot koning van Jeruzalem gekroond. Hoewel het koninkrijk zelf maar 87 jaar bestond, vererfde de titel van de ene familie in de andere tot tenslotte moeilijk meer uit te maken was wie de rechtmatige pretendent was. Alle koningen, werkelijk of pretenderend, voerden het kruis al dan niet gecombineerd met hun eigen wapen. De oorsprong van het wapen en zijn kleuren ligt waarschijnlijk in de pauselijke banier, door paus Urbanus aan de kruisvaarders gegeven.