Noorderlegmeer- en Thamerpolder
 |
Heraldry of the World Civic heraldry of the Netherlands - Nederlandse waterschapswapens |
|
NOORDERLEGMEER- EN THAMERPOLDER
Provincie : Noord Holland
Opheffing : 1979 Drecht en Vecht (1991 Amstel en Vecht (1997 Amstel, Gooi en Vecht))
Toevoegingen : 1970 Noorderlegmeerpolder, Thamerbinnenpolder
I : 2 mei 1974
"Doorsneden; I gedeeld; a. in azuur een jachthoorn van goud, geopend, gemond, beslagen en gesnoerd van keel; b. linksgeschuind van keel en sabel met over alles heen een leeuw van goud; gegolfd vair van zilver en sabel. Het schild gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en twee parels."
Oorsprong/verklaring
Het eerste kwartier vertoont het wapen van Uithoorn, het tweede vertoont een leeuw over een schuingedeeld kwartier, de leeuw is afkomstig van het wapen van Aalsmeer, de kleuren zijn de kleuren van de gemeente Amstelveen, de gemeenten waarin het waterschap was gelegen.
De onderste helft geeft het vroegere veenlandschap weer, in de vorm van golvend vair, een unicum in de Nederlandse heraldiek.Hiervoor waren er vier verschillende varianten/ontwerpen ingediend bij de Hoge Raad van Adel en de gemeente.
Het eerste ontwerp was gebaseerd op het gebied Amstelland. Het wapen vwas gegeerd, dwz in acht stukken verdeeld, in de kleuren van het Amstelland, zwart en rood. Als hartschild werd gekozen voor het wapen van de Heren van Amstel (zie Loosdrecht, of Ruwiel). In de tweede variant was het hartschild vervangen door het wapen van Uithoorn. Aangezien dit maar een van de gemeenten was, waarin het waterschap was gelegen viel deze variant al snel af. Het waterschap wilde de gemeentelijke symbolen terugzien in het wapen. De derde variant vertoonde dezelfde elementen in de bovenste helft, maar verwisseld van plaats en met zgn krukkenvair, een andere vorm van vair. De vierde variant was identiek aan het verleende wapen, met in de bovenste helft verwisselde kwartieren. Gezien het feit dat de zetel van het waterschap in Uithoorn was, werd gekozen voor de hoorn van Uithoorn in het eerste kwartier.
Literatuur : Archief Hoge Raad van Adel 74/46-12